top of page
  • Foto van schrijverDaley Jansen en Maartje Jongbloed

Een stabiel gezin vormt de basis voor de rest van je leven


Iedereen heeft ouders of verzorgers. We groeien op in een gezin of ander soort huishouden. Om met Tolstoj te spreken:


Alle gelukkige huishoudens lijken op elkaar, en elk ongelukkig huishouden is ongelukkig op zijn eigen wijze.

Vervang het woord “gelukkig” door “stabiel” en we hebben de kern te pakken van het thema opgroeien en opvoeden binnen het jeugddomein.



Het gezin als hoeksteen van de samenleving

Kinderen groeien - simpel gezegd - op in een gezin, ouders voeden op. In de jaren tachtig spraken we van het gezin als 'hoeksteen van de samenleving' en feitelijk is het dat nog. Dat het gezin de basis vormt waarin een kind opgroeit, is de afgelopen decennia niet veranderd. De samenstelling van een gezin en de rollen van één ieder binnen het gezin wel.


Waar we een halve eeuw geleden nog uitgingen van een traditioneel gezin: vader, moeder een één of meerdere kinderen, zijn inmiddels verschillende vormen en samenstellingen denkbaar.

Denk aan twee vaders, twee moeders met een vader op afstand, of een nieuw samengesteld gezin. Ook de rollen binnen het gezin zijn mee veranderd. Bij de meeste gezinnen zijn de zorg- en werktaken verdeeld en werken beide partners, al dan niet in deeltijd. De samenleving is mee veranderd: zo bracht de toename van twee werkende ouders de behoefte aan kinderopvang met zich mee.


En ook: een halve eeuw geleden vormden we van nature en gemeenschap binnen je woonplaats, binnen de zuil waarin je leefde. Of dit nu een socialistische of religieuze grondslag had. Nu vormen we onze eigen gemeenschappen en brengen we onze kinderen al vroeger naar een vorm van kinderdagverblijf.


Meerdere opvoeders naast ouders

Zo is ontstaan dat er meerdere opvoeders naast de ouders zijn als hoofdopvoeder. Waar dit vroeger medeopvoeders in de informele en familiaire sfeer waren - denk aan de grootouders, tantes en de buurvrouwen - hebben kinderen nu al op jongere leeftijd meerdere professionele opvoeders. Zoals bijvoorbeeld pedagogisch medewerkers van een kinderdagverblijf. Grootouders passen wel op, maar zijn vaak zelf ook nog aan het werk dus dat gaat op afspraak. Tijdens Corona hebben we dit wel opgemerkt, want ineens vielen opa’s en oma’s weg. School en opvang vielen ook weg, tenzij ze naar de noodopvang mochten.


Ineens merkten we weer hoe het was om 24/7 kinderen te hebben.

Daar zaten hele mooie kanten aan, je zag meer van het dagelijkse leven en de ontwikkeling van je kind. En tegelijkertijd bracht het ook uitdagingen mee en beseffen we wat de rol van de andere partijen en opvoeders is.


Van gezin naar gemeenschap

Nelson Mandela zei het, Oprah Winfrey adopteerde deze spreuk en ook hier riepen we altijd wel zo mooi:


“It takes a village to raise a child”.

Afrikaanse wijsheid, maar beseften we ook echt wat dat betekende? Als je als gezin afhankelijk bent van hulp om je heen, is het fijn als dat vanuit je eigen netwerk komt. Vertrouwde personen om je heen, je buurvrouw die een boodschap voor je haalt of je vader die je helpt met het schilderen van een zolderkamer. Het gevoel van: samen delen, samen weten wat nodig is. Zonder daar persé iets voor terug te moeten geven, maar wel vanuit het vertrouwen dat we voor elkaar klaarstaan. Zo ook als het om de aandacht en zorg voor de kinderen gaat. Niet alleen de ouders, maar ook grootouders, broers en zussen, leerkrachten, buren, pedagogisch medewerkers, sportinstructeurs, de jeugdverpleegkundige en bijvoorbeeld de buurtcoach: samen geven we het kind aandacht. Alle personen uit de omgeving van een gezin zijn betrokken bij het opvoeden en opgroeien van het kind. Dit noemen we ook wel een ‘pedagogische civil society'.


Een kind groeit op in de samenleving, ook wel: de gemeenschap of community genoemd. Zoals gezegd: een kind is niet meer 24 uur per dag, 7 dagen per week thuis. Naast de ouders is een kind ook in beeld bij andere opvoeders, op plaatsen als het kinderdagverblijf of de peuterspeelzaal, op de basisschool, de middelbare school, de naschoolse opvang, sport, muziekschool, of gewoon op straat in de buurt... Waar de wereld van een kind eerst uit het gezin bestaat, breidt dat uit en leert een jeugdige zich staande te houden in de maatschappij.


Wat betekent dit voor de gemeente?

Voor de grootste groep gaat dit goed, voor een kleinere groep is meer aandacht nodig. Hier komt de gemeente in beeld. Gemeentes proberen in te spelen op maatschappelijke veranderingen, in jeugdbeleid. Samen met netwerkpartners stellen we visies op en maken uitvoeringsplannen. Hierbij stond in het jeugddomein jarenlang het kind centraal. Interventies op gezinsniveau waren in functie van het welzijn van het kind. Inmiddels willen we een beweging naar de voorkant maken en kijken we meer naar het gezin en het kind. Welke effecten heeft het om op te groeien in een instabiel gezin? Wat doet het met een kind als ouders zo druk zijn met hun eigen (financiële) problemen dat er geen basale rust is en geen ruimte voor genegenheid? Laat staan het nadenken over opvoednormen en waarden en daarnaar te handelen?


Gemeenten kopen jeugdhulp in om kinderen te kunnen helpen en ondersteunen daar waar nodig. Ouders kunnen opvoedondersteuning krijgen.


Maar welke preventieve maatregelen kunnen we al nemen voordat het kind er is?

Wat betekent dit voor de gemeente?

Wie weet dit beter, dan een adviseur Jeugd bij een gemeente zelf? We spraken met Sjaan Markusse, die zich inzet voor de gemeente Altena, en zelf moeder van 3 kinderen is:


“In mijn werkveld draag ik bij aan een stabiele gezinssituatie. Zo ben ik voor de gemeente Altena bezig met de opdracht om een beleidskader vorm te geven waarin het gezin centraal staat. De focus is op het creëren van een stabiele gezinssituatie. Dat begint al vroeg, op het moment dat je start met gezinsplanning en als koppel of als zwangere vrouw al ondersteuning krijgt. Je kan dan denken aan een ouderschapscursus, waar je basale informatie krijgt en tips over hoe het is om vader en moeder te worden. Wat doet dat met jezelf, met je relatie? Je verheugt je op een baby, maar er komen ook nieuwe zorgen bij, een hoop slaaptekort en hoe reageer je daarop? Op dit moment ben ik bezig om er een geschikte ouderschapscursus in te kopen.”

​Het is belangrijk dat je als gemeente bijdraagt aan goed ouderschap. Door ouders te helpen en tools te geven om samen goede ouders te zijn. Daar vloeit vanzelf een stabiele gezinssituatie uit voort. En een stabiel gezin betekent een gelukkig gezin. Uiteindelijk helpt de gemeente een stabiele basis voor gezinnen te creëren, waar kinderen (idealiter) gelukkig in opgroeien.


Zorgen voor een stabiele gezinssituatie

Hoe zorg je voor een stabiel gezin, vragen we aan Sjaan: “Bij Altena hebben we een pilot opgezet vanuit het concept buurtgezin. Dit is een vorm van informele gezinsondersteuning. We werken dan met een ‘vraaggezin’, dit is het gezin dat behoefte heeft aan ondersteuning. Dat kan om allerlei redenen zijn. Het gaat erom dat het vraaggezin het op dat moment zwaarder heeft dan de draagkracht die er is binnen het gezin. Ook kan er sprake zijn van één of meer kinderen binnen het gezin met bepaalde problematiek. Dan kun je hulp krijgen van een ‘steungezin’. Dit gezin helpt door bijvoorbeeld het kind één of twee dagen in huis te nemen. Op die manier kan het kind meedraaien in een stabiele gezinsomgeving. Ook krijgen de ouders van het vraaggezin de ruimte en de rust om op die dagen bij te komen, wat bijdraagt aan de stabiliteit van het vraaggezin."

Er zit ook een wederkerigheid in. Op het moment dat het vraaggezin zelf een stabiele periode ondergaat, kun je zelf gezinnen in je buurt ondersteunen. "Net zoals in het echte leven en dat maakt ook het verschil met een hulpverlenende relatie.” Legt Sjaan uit. En ook hoe het concept is gebaseerd op de gedachte achter: “It takes a village to raise a child”.


Waarom vind je dit onderwerp zo belangrijk?

“Omdat je door een stabiel gezin de basis vormt voor de rest van je leven. Het geeft je handreikingen om later zelf een gezin te stichten. Het maakt dat je vol zelfvertrouwen de rest van je leven tegemoet gaat en je je staande weet te houden in de maatschappij. Als moeder vind ik dat iedereen deze basis verdient. Daar zet ik me graag voor in.“


Kan een van onze adviseurs jouw gemeente helpen bij een vraagstuk omtrent jeugd en gezin? Of heb je vragen over de pilot in de gemeente Altena? Neem contact op met Sjaan Markusse.






bottom of page