Kinderopvang; precair, contrair of arbitrair?
- Friso van Ommeren
- 26 jun
- 7 minuten om te lezen
Een van de wettelijke taken van de gemeente is er voor te zorgen dat de kinderopvang veilig is. Dat je als ouder met een gerust hart je kind in vertrouwde handen achterlaat, zonder zorgen en vervolgens na een drukke werkdag je kind weer met een lach op het gezicht ophaalt. Om vervolgens de huiselijke piekuren te betreden.
Is de kinderopvang precair, contrair of juist (te) arbitrair? Is het zorgelijk, gaat het geweldig of is er te veel controle? Dit hangt af van vele factoren zoals de locatie, de kwaliteit van de faciliteiten, het personeel en hoe er om wordt gegaan met de wetgeving. Wanneer er niet aan de wetgeving wordt voldaan kan de situatie precair zijn. Maar juist door het naleven van de wetgeving zou de opvang veilig moeten zijn. Echter worden niet alle controles op prijs gesteld. Soms voelt het voor medewerkers en houders in de kinderopvang als overmatige controle op (papieren) details.
De kinderopvang gaat terug naar het begin van de twintigste eeuw. Het idee was ontstaan als reactie op het aantal groeiende werkende moeders. Er ontstonden allerlei opvangmogelijkheden, voornamelijk voor kinderen van arbeiders. Na de oorlog groeide de vraag naar opvang nog meer, met name door vrouwenbewegingen en veranderingen in het arbeidsbeleid. In de jaren ’80 werd de verantwoordelijkheid voor de opvang steeds meer bij de overheid gelegd. En sindsdien zijn er wetten en subsidies ingevoerd om de toegang tot de kinderopvang te verbeteren. Deze verbeteringen dragen bij aan een meer efficiënte, inclusieve en kwalitatieve kinderopvang die beter aansluit bij de behoeften van moderne gezinnen. De globale lijn van de Wet kinderopvang:
Toegankelijkheid en betaalbaarheid: De overheid heeft subsidies en belastingvoordelen ingevoerd om de kosten van kinderopvang voor ouders te verlagen. Het systeem van kinderopvangtoeslag, onder de Wet kinderopvang, werd geïntroduceerd in 2005 en heeft de betaalbaarheid aanzienlijk verbeterd voor werkende ouders.
Kwaliteitsnormen en professionalisering: Er zijn strengere eisen gekomen voor de kwaliteit van de kinderopvang, zoals de opleiding van pedagogisch medewerkers, de ratio van kinderen per medewerker en de inrichting van de opvanglocaties. Deze basiskwaliteit werd geïntroduceerd in 2008, samen met het toezicht op de naleving van deze eisen. Dit zorgde voor een veiliger en leerzamer milieu voor kinderen.
Inspectie Kinderopvang: De inspectie van de kinderopvang werd versterkt in 2010. Het toezicht op de kwaliteit van de opvang werd effectiever, en kinderopvangorganisaties moesten jaarlijks rapporteren over hun kwaliteitszorg en verbetermaatregelen. Dit verhoogde de transparantie en verantwoording. Later, in 2010, werden er ook strengere eisen gesteld aan de opleidingseisen voor medewerkers, en moest het personeel in kinderopvanglocaties geregistreerd worden.
Vernieuwing van de kwaliteitseisen: In 2018 werden de regels voor de opleidingseisen van medewerkers verder aangescherpt (bijvoorbeeld voor gastouders), en werden de normtijden voor toezicht en pedagogische medewerkers verder verhoogd. Er werd meer nadruk gelegd op het bevorderen van de ontwikkelingskansen voor kinderen, waarbij het belang van voorschoolse educatie (VE) werd benadrukt.
Nieuwe Wet Kinderopvang: In 2022 werden er nieuwe maatregelen ingevoerd om de kinderopvang nog professioneler en toegankelijker te maken. Er kwam een regeling voor de verhoging van de kinderopvangtoeslag, en er werden striktere eisen gesteld voor de opleiding van medewerkers en betere controle op de naleving van kwaliteitsnormen. Deze wet is bedoeld om kinderopvang voor werkende ouders beter betaalbaar te maken en de kwaliteit van de opvang verder te verbeteren.
Naast deze verbeteringen van de opvanglocaties met de medewerkers werd er ook gewerkt aan een betere integratie van onderwijs en opvang. In de afgelopen decennia is er meer samenwerking gekomen tussen kinderopvang en basisscholen. Dit bevordert de doorgaande leerlijn voor kinderen, waarbij het onderwijs en de opvang beter op elkaar aansluiten. De opvang is flexibeler geworden om beter aan te sluiten bij de werktijden van ouders. Er zijn steeds meer mogelijkheden voor avond- en weekendopvang, zodat ouders werk en privé beter kunnen combineren. En er meer aandacht voor inclusiviteit zoals opvang voor kinderen met een beperking of speciale zorgbehoeften.
Aanleidingen tot verbeteringen (precair)
Zoals hierboven te lezen is, zijn er vele verbeteringen aangebracht. Maar was dit nodig? Welke situaties hebben bijgedragen aan de verbeteringen? En waren de zorgen terecht? Ja, ondanks dat het gelukkig in de kinderopvang heel vaak goed gaat, zijn er helaas ook situaties te benoemen waar dit niet het geval was. De hieronder benoemde voorvallen hebben geleid tot voortdurende verbeteringen zoals strengere veiligheidsnormen, hogere opleidingseisen voor medewerkers, meer toezicht en inspectie en betere transparantie in de verantwoording van opvanglocaties.
In de vroege jaren 2000 kwamen er verschillende incidenten aan het licht waarbij kinderen gewond raakten of in gevaar werden gebracht door onvoldoende toezicht, ongeschoold personeel of gebrekkige veiligheid in opvanglocaties. Dit leidde tot strengere kwaliteitseisen.
In de jaren rond 2009 zijn er meerdere incidenten geweest van agressie of geweld tussen kinderen en tussen kinderen en medewerkers, waarbij het personeel niet altijd adequaat reageerde of onvoldoende was getraind om dergelijke situaties te hanteren. Dit leidde tot investering in de professionele ontwikkeling van medewerkers, vooral op het gebied van gedragsbegeleiding en conflicthantering.
In 2010 kwamen er meldingen van kinderopvanglocaties waarbij de brandveiligheid niet op orde was, wat leidde tot ongevallen of bijna-ongelukken. Dit benadrukte de noodzaak voor strengere normen met betrekking tot de brandveiligheid en het verplicht stellen van brandveiligheids- en evacuatieplannen voor kinderopvanglocaties.
Tussen 2011 en 2012 kwamen er verschillende schandalen naar buiten waarin gastouders zonder de juiste opleiding of zonder noodzakelijke veiligheidsmaatregelen werkten. In sommige gevallen werden kinderen in gevaar gebracht door gebrekkige zorg of onprofessioneel gedrag van gastouders. Dit leidde tot strengere eisen voor gastouders, waaronder verplichte registratie in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK) en het verplicht stellen van pedagogische opleidingen.
In 2018 raakte een peuter gewond in een kinderopvanglocatie door onvoldoende toezicht en zorg. Dit incident leidde tot publieke zorgen over de veiligheid van kinderen in opvanginstellingen, wat resulteerde in strengere eisen en maatregelen voor toezicht en opleidingsnormen voor personeel, waaronder het vier-ogen-principe.
De (kinderopvang)toeslagaffaire in 2019 gaat niet specifiek over de kwaliteit van de opvang zelf maar heeft enorme gevolgen gehad voor de kinderopvangsector. Duizenden ouders werden onterecht beschuldigd van fraude met de kinderopvangtoeslag, wat leidde tot aanzienlijke financiële en emotionele schade voor gezinnen. Dit schandaal leidde tot een breed heronderzoek naar het toeslagsysteem en vestigde de aandacht op de administratieve en bureaucratische aspecten van de kinderopvangsector.
De coronamaatregelen in 2020 leidden tot tijdelijke sluitingen van kinderopvanglocaties en strenge gezondheidsmaatregelen. De opvanglocaties moesten zich aanpassen aan nieuwe richtlijnen.
De voorvallen hebben geholpen om de kinderopvang in Nederland veiliger, professioneler en meer gefocust op de behoeften van kinderen en ouders te maken. Het is lastiger geworden om als onbevoegde, zonder geldige reden, de opvanglocaties te betreden. En werk je in de kinderopvang, dan sta je er nooit alleen voor, je werkt altijd met minimaal twee medewerkers op een groep.
De taak van de gemeente (arbitrair)
De gemeente is verantwoordelijk voor de handhaving en toezicht van de kinderopvang. Zij draagt hiermee bij aan de kansengelijkheid, doordat kinderen een goede start kunnen maken op een veilige, verantwoorde en kwalitatief hoogwaardige kinderopvang.
Het college van burgemeester en wethouders stelt een toezicht- en handhavingsbeleid vast, om de kwaliteit, veiligheid en gezondheid van kinderopvang duurzaam te borgen. De GGD is de uitvoerende organisatie die verantwoordelijk is voor de toezicht, in opdracht van de gemeente. De GGD en de Gemeente maken hierover uitvoeringsafspraken. De verantwoordelijkheid voor de handhaving ligt in de meeste gevallen bij de gemeente. Met de onderzoeksrapporten die de GGD uitwerkt, kan de gemeente – op advies van de GGD – bepalen welke stappen zij onderneemt. Deze stappen staan uitgewerkt in het beleid.
De grootste beleidswijziging van de laatste jaren is dat er ‘strenger aan de poort’ wordt toegezien. De gemeente beoordeelt nieuwe aanvragen voortaan scherper om langdurige verbeter- of sanctietrajecten later te voorkomen. De gemeente geeft alleen toestemming tot exploitatie nadat de toets van de GGD aantoont dat alle op orde is. Een complete toets wordt gedaan op beleid, accommodatie, interne kwaliteitszorg en personeel.
De kinderopvanghouders zijn verantwoordelijk voor een kwalitatief goede opvang, die permanent voldoet aan wettelijke eisen. Zij zijn verplicht een veilig, gezond pedagogisch klimaat te bieden en dragen aantoonbaar bij aan de brede ontwikkeling van kinderen (sociaal-emotioneel, cognitief en taal).
Organisatie | Rol/verantwoordelijkheid |
Gemeente (college) | Registratie- en vergunningverlening, handhaving, jaarlijkse rapportage aan de raad en het Rijk en beleidsontwikkeling. |
GGD | Houdt toezicht, voert inspecties uit, adviseert over sancties en levert risicoprofielen. |
Kinderopvanghouders | Primair verantwoordelijk voor naleving van de Wet Kinderopvang en aanverwante besluiten/ regelingen. |
De wijze waarop de GGD toezicht houdt is volgens risicoprofielen. Elk kindercentrum, BSO of gastouder(bureau) krijgt een dynamisch risicoprofiel. Dit is een instrument voor de toezichthouder om aan te geven hoeveel risico er op een locatie is, gericht op inspectie-historie, externe informatie, interne factoren en nalevingsbeleid. Hoe hoger het risico dat er gebreken zijn, hoe vaker en dieper de toezicht. Bij een laag risico kan worden volstaan met controles enkel gericht op thema’s. Dit is jaarlijks gericht op één of meer gemeentelijke speerpunten (zoals taalrijke omgeving, veiligheid of buitenruimte).
Alle inspectierapporten en opgelegde maatregelen blijven openbaar via het Landelijk Register Kinderopvang. Hiermee wordt transparante gewaarborgd en worden houders extra gestimuleerd om de Wet kinderopvang volledig na te leven.
De handhavingsinstrumenten, oftewel de sanctieladder om de gebreken op orde te krijgen beginnen met preventieve maatregelen, zoals een informatiepakket voor starters en een vooroverleg, tevens waarschuwingsgesprek waarin wordt aangegeven dat er streng aan de poort opgetreden zal worden.
Worden er na de start door de GGD gebreken geconstateerd, dan zal de gemeente handhaven volgens haar beleid, dat start met een aanwijzing en waarop een last onder dwangsom of zelfs sluiting kan volgen.
Ook de gemeente moet verantwoording aan de onderwijscommissie afleggen. De gemeente doet door een Jaarverslag toezicht & handhaving te overleggen. Deze bevat onder andere de aantallen inspecties, aard en ernst van overtredingen, ingezette sancties en trends in risicoprofielen. De gemeenteraad gebruikt dit verslag om beleidsdoelstellingen en capaciteit bij te sturen.
Een gedeelde verantwoordelijkheid voor kwaliteit en vertrouwen
Kinderopvang is geen op zichzelf staand onderwerp. Het is beleidsmatig diep verweven met onderwijs, jeugd en veiligheid. De balans vinden tussen noodzakelijke regelgeving en de ervaren regeldruk blijft een constante uitdaging. De essentie ligt dan ook in de uitvoering: hoe geven we vorm aan toezicht en handhaving op een manier die recht doet aan de dagelijkse praktijk én de veiligheid van kinderen onvoorwaardelijk borgt?
Dit is een gedeelde verantwoordelijkheid. Het vraagt om deskundige inzet van gemeenten, de professionaliteit van kinderopvanghouders en de betrokkenheid van ouders. Het streven naar een kwalitatief hoogwaardige en veilige opvang is een collectief belang dat de grenzen van de verschillende beleidsterreinen overstijgt.
Juist voor deze integrale uitdagingen op het snijvlak van beleid, biedt BONVUE de expertise en ervaring. Wij bouwen graag samen aan duurzame oplossingen en een stevig, uitvoerbaar beleid dat het vertrouwen van ouders waarborgt en de veiligheid van kinderen vooropstelt. Meer weten over dit onderwerp of andere thema's binnen het sociaal domein? Neem dan contact op via www.bonvue.nl/contact